Geweld is rauw. Geweldloosheid moet gerijpt of ‘goed gekookt’ zijn. Geweldloosheid heeft tijd, ervaring, reflectie en voorbereiding nodig.
Dit zijn algemene aannames. Rauwheid wordt vaak geassocieerd met onvolwassenheid. Zo wordt in delen van Colombia het woord biche, rauw, gebruikt in verband met voedsel (meestal fruit), en met onvolwassen mensen die zich nog verder moeten ontwikkelen. Binnen de hardnekkige koloniale mentaliteit wordt rauwheid geassocieerd met onbeschaafdheid, ondiplomatiek gedrag en een gebrek aan opleiding en ontwikkeling. Geweld ziet men als impulsief, spontaan (onvoorbereid) en instinctief: rauw. Rijping wordt geassocieerd met het overwinnen van wat ‘primitief’ is naarmate we onszelf leren beheersen en volwassen worden. Dat gebeurt door afstand te nemen van wat we van nature hebben meegekregen en wat deel uitmaakt van onze primitieve dierlijke instincten (nature vs nurture).
Deze gedachtegang brengt ons bij de beschrijving van geweldloosheid als maduro(a), de Spaanse term voor rijp voedsel en voor volwassen mensen: ofwel het resultaat van een proces van ontwikkeling en groei. Geweldloosheid kan dan gezien en beoordeeld worden als beschaafdheid: ontwikkeld, beter en verdergaand dan de aanvankelijke, agressieve impulsen en instincten.
De oorspronkelijke visie op geweldloosheid opnieuw aanwakkeren
Maar als we kijken naar de gevolgen van de nog steeds heersende koloniale mentaliteit in onze hedendaagse wereld, zien we het tegenovergestelde. Het gebruik van geweld wordt juist gelegitimeerd door goed opgeleide en ontwikkelde mensen. Terwijl bijvoorbeeld gemeenschappen op het platteland, zoals sommige Colombiaanse campesina/o’s waar mensen nauwelijks een opleiding hebben genoten, voor het oplossen van conflicten geweldloze benaderingen gebruiken. Dit lijkt alle aannames die hierboven zijn genoemd in twijfel te trekken, nietwaar?
Wat gebeurt er als we ‘rauw’ op een andere manier interpreteren? Wat, als rauwheid in verband wordt gebracht met moedig, origineel, creatief en ‘ongefilterd’ zijn? Sterker nog, wat als we de gebruikelijke aannames omdraaien en de legitimatie van geweld als ‘goed gekookt’ beschouwen en geweldloos als naïef – in de beste zin van het woord?
De infrastructuur, de politiek, de diverse vormen van oorlogsvoering en geweld in onze hedendaagse wereld maken allemaal deel uit van een zeer goed geoliede machine. Daardoor zijn de vele vormen van geweld die wij uitvoeren, ondersteunen, met eigen ogen zien, of waaronder wij lijden, goed uitgewerkt en beleidsmatig uitgevoerd. Ze zijn dus niet onrijp of rauw. Patriarchaat, racisme, seksisme – alle uitingen van structureel geweld – zijn door scholen via goed gereflecteerde gedachtegangen gelegitimeerd. En worden door individuen in een schijnbaar impulsieve vorm gegoten, bijvoorbeeld door het maken van grappen, het leveren van commentaar of het ondernemen van bepaalde acties. Zo zijn deze vormen van geweld diepgeworteld geraakt in de culturen waar wij deel van uitmaken, inclusief onze instituten als universiteiten en kerken.
Deconstructie van hoogontwikkelde, zeergeleerde interpretaties
In tegenstelling hiermee kan ‘rauw’ – in de betekenis van ‘zonder procesmatig denken’ – andere connotaties krijgen. Positiever, natuurlijk, licht, helder en onbedekt (open). Een voorbeeld: één van de lekkerste Colombiaanse gerechten die je op straat kunt kopen, is Mango Biche: ‘groene’ mango geserveerd met een beetje zout. Het licht zure en hartige vormen een combinatie die tegelijkertijd vreemd en verrassend is. Dit mag een een alternatieve en onorthodoxe combinatie zijn, maar wel een die verrassend van smaak is en gezond – alle vitaminen blijven bewaard.
Parallel hieraan belichaamt de jeugd rauwheid door het gebruik van alternatieve vormen. De jeugd wordt traditioneel gezien als prematuur, nog niet rijp en als generatie van de toekomst. Maar jongeren spelen in de huidige protesten voor klimaatrechtvaardigheid een prominente, duidelijke rol en tonen een nieuw alternatief. Hun acties worden gezien als onbelangrijk, ongefilterd, controversieel en zelfs agressief. Toch hebben zij op verschillende manieren laten zien dat een andere wereld mogelijk is, door hun actief burgerlijk ongehoorzaam protest tegen het geweld dat Moeder Aarde wordt aangedaan.
In deze tijd lijken wij bereid compromissen te sluiten ten opzichte van onze (christelijke/doopsgezinde) geweldloze houding, omwille van een zogenaamd politiek of economisch ‘realisme’, zelfs door het legitimeren van oorlog en militarisering. Terwijl tegelijkertijd de scherpte, de rauwheid van de acties van sommige klimaatactivisten wordt veroordeeld, en reddingswerkers van vluchtelingen worden gecriminaliseerd. Daarom is in deze tijd wellicht precies zo’n vorm van rauwheid nodig om de oorspronkelijke visie op geweldloosheid opnieuw aan te wakkeren: ons vredesgetuigenis als leerlingen van Jezus.
In Jezus’ oneerbiedige en onthullende vrijmoedigheid richting sommige heersende machten kan een zekere rauwheid gezien worden. Zowel bij de ontwikkelde en ‘rijpe’ religieuze autoriteiten als bij de keizerlijke politieke en economische instituties van zijn tijd, ging Jezus voor een rauwere, eenvoudiger benadering. Tekenen van die rauwheid zijn de radicale herijking en interpretatie van de joodse geboden om God en de naaste lief te hebben, en oneerbiedig naar liefde voor de vijand te blijven vragen.
Jezus’ radicale of rauwe benadering gaat niet simpelweg om een terugkeer naar een status quo ante, of het claimen van een historisch gewortelde traditie, of zelfs om het zoeken naar een verloren ‘ware’ traditie. In plaats daarvan gaat het om de deconstructie van sommige hoogontwikkelde, zeergeleerde interpretaties die de wortels en wezenlijke intenties voor een leven in rechtvaardige relaties verdoezelen – relaties met God, anderen en Moeder Natuur.
Jezus’ actie in de tempel: rauwe demonstratie tegen onrecht
De onverwachte en scherpe episode van Jezus die in de tempel de tafels van de geldwisselaars en de duivenverkopers omverwerpt (Matt. 21: 12-13) – vaak gezien als een problematische tekst en gebruikt om Jezus’ geweldloosheid te bekritiseren – geeft weerklank aan de discussie over de grenzen van geweldloosheid. Maar wanneer we Jezus’ actie zien als een rauwe demonstratie tegen onrecht krijgen zijn boosheid en vrijmoedigheid een andere betekenis. Jezus’ boosheid en rauwheid zijn gericht op de symbolen van een onrechtvaardige en problematische verstrengeling van religie en economisch gewin. Het gaat niet om geweld tegen mensen. Zo’n ‘heilige woede’ is, zo geloven wij, gezond. Goed om de energie vrij te maken en vol overtuiging tegen onrecht op te treden – niet alleen erop te reflecteren. Ofwel om ‘een stok te steken in het wiel van geweld’ (Dietrich Bonhoeffer).
Jezus’ rauwheid is een uitnodiging om de naïviteit van geweldloosheid te omarmen en te belichamen. Geweldloosheid gaat in deze rauwe benadering niet om een ‘goed gekookt’ resultaat van hoog- reflecterende, filosofische, theologische of politieke rationele gedachtegangen, maar om het uiten van een zekere spiritualiteit. Een spiritualiteit waarvan wij getuige zijn geweest in een aantal Colombiaanse campesino gemeenschappen; een spiritualiteit die gegrond is in het loslaten van controle – controle vanuit de wens het uiteindelijke antwoord te bezitten(!) en vanuit een hebzuchtig verlangen naar meer. Het gaat om spiritualiteit die niet gedefinieerd wordt door criteria rond effecten of resultaten die behaald moeten worden. In plaats daarvan gaat het om een spiritualiteit gekarakteriseerd door een ‘leegmaken’ van jezelf, en een ontvangen van het leven vanuit de handen van de schepping. Een spiritualiteit van nederig wandelen met vertrouwen in Jezus als compagnon; van actief geëngageerd zijn in de transformatie van onrecht; van de omarming van oneerbiedigheid, vrijmoedigheid en creativiteit.
Een zekere rauwheid lijkt vereist om het pad van geweldloosheid te bewandelen!
Dit artikel stond eerder in Mondig 5, 2023
Tekst: Andres Pacheco Lozano en Fernando Enns
Vertaling: Margarithe Veen
Beeld: Juan Apolinar